PUBLICATIES

De 57 waarheden van God

God heeft in deze tijd Zijn Kerk 50 FUNDAMENTELE WAARHEDEN geven. Deze waarheden zijn uit de drie periodes in dit laatste tijdperk gekomen, dat de tweede komst van Christus voorafgaat. Gods Kerk begon in 31 na Christus en het verzet tegen Zijn Kerk is door de eeuwen heen gegroeid, net zoals de wereld zich verzette tegen het Hoofd van Gods Kerk, Christus.

In 325 na Christus werd een andere kerk, die zichzelf ‘christelijk’ noemde, opgericht. Deze kerk heeft werd opgericht in het Romeinse Rijk en heeft zich altijd verzet tegen Gods ware Kerk. Dankzij de steun van deze grote, wereld overheersende macht in die tijd, groeide deze Romeinse kerk in populariteit, macht en omvang. Het werd erkend als ‘christendom’ terwijl Gods eigen Kerk steeds meer onderdrukt werd.

Deze Romeinse kerk heeft er veel aan gedaan om de ‘Waarheden van God ‘te vernietigen, omdat ze haar eigen geloofssysteem had uitgevonden, dat helemaal niets te maken had met het Woord van God. Het valse geloof van de drie-eenheid, paas- en zondagsviering werd ingesteld en ook gaf zij een nieuwe naam aan Christus. Gedurende deze tijd en dankzij de steun van het Romeinse rijk, werd deze kerk als staatsgodsdienst aangenomen en werden de ‘Waarheden van God’ verboden. Het vieren van het Pascha en Gods Sabbatten was verboden.

Tegen de jaren 1400 leidde de uitvinding van de boekdrukkunst tot de oprichting van protestantse kerken, die in opstand kwamen tegen deze Romeinse kerk, maar zij namen wel de belangrijkste doctrines van deze kerk over. Deze gebeurtenissen leidden alleen maar tot grotere religieuze verwarring en oppositie tegen Gods eigen Kerk. En tegen het einde van het Sardis tijdperk in de jaren 20 van de vorige eeuw, was de meeste waarheid verloren gegaan in Gods Kerk. Alleen de eerste drie van deze 57 Waarheden waren overgebleven.

Aan het eind van de jaren 30 van de vorige eeuw stelde God een eindtijdapostel, Herbert W. Armstrong aan, om de waarheid in Zijn Kerk te herstellen en de Kerk voor te bereiden op de wederkomst van Zijn Zoon. Dit gebeurde tijdens het Filadelfia tijdperk en tijdens dit tijdperk herstelde God 18 Waarheden in Zijn Kerk.

Met de dood van Herbert W. Armstrong in 1986 kwam er een eind aan het Filadelfia tijdperk. Toen begon het zevende en laatste tijdperk, Laodicea, wat leidde tot de geprofeteerde Apostase. Met deze gebeurtenis begon de aftelling naar de wederkomst van Christus. Het Laodicea tijdperk eindigde op Pinksteren 1998. Gedurende de hele periode van Laodicea werden er GEEN extra waarheden aan Gods Kerk geopenbaard.

Nadat God Zijn overblijfsel Kerk hersteld had op Pinksteren in 1998, begon Hij opnieuw met het herstellen van de waarheid en begon Hij Zijn Kerk meer waarheid te geven. God deed dit alles als voorbereiding op de wederkomst van Zijn Zoon, die als Koning der koningen over de naties van deze wereld zal heersen. In deze periode van aftellen naar Christus’ komst, van Gods overblijfsel Kerk, zijn 36 bijkomende waarheden gegeven.

De 57ste Waarheid is de laatste van alle waarheden die God in Zijn Kerk heeft hersteld. Hier moet vermeld worden wat deze Waarheid is, omdat het, indien nodig, in de volgende Waarheden naar boven zal komen. Het betreft de naam van Zijn Zoon. God had opgedragen dat Zijn Zoon na zijn geboorte zo zou heten. En dat was niet Jezus, het is Jozua. De Messias. De ware naam van Christus is Jozua. Inderdaad, hij zal Jozua (zoals opgedragen door Zijn Vader, de Ene Almachtige Eeuwige God) worden genoemd.

Gods Woord is waarheid en is geestelijk. De waarheid onderscheid Gods volk en Zijn Kerk (Johannes 17: 17) Dit is niet iets dat door menselijk intellect doorgrond kan worden. Wij kunnen de waarheid alleen ‘zien’ wanneer God ons verstand opent om geestelijke zaken te kunnen begrijpen.



Waarheden die nog Overbleven aan het Einde van Sardis

Slechts drie fundamentele waarheden waren er nog over in Gods Kerk aan het einde van het Sardis tijdperk, eind jaren 20 van de vorige eeuw, toen Herbert W. Armstrong door God geroepen werd om Zijn apostel voor het daaropvolgende tijdperk, Filadelfia, te worden.

1 (1)    De zevendedags Sabbat. De wekelijkse Sabbat is altijd een van de meest fundamentele (herkennings) tekens van Gods ware Kerk geweest. Gods volk heeft altijd het gebod van de zevendedags Sabbat gehoorzaamd.

2 (2)    De Naam van Gods Kerk – ‘Kerk van God’. Gods Kerk draagt Zijn naam, daar zij Hem toebehoort.

3 (3)    De Eerste Tienden voor God. God stelde het Tiendensysteem in teneinde Zin werk op aarde te steunen. Deze eerste Tiende is Gods deel en Hij geeft het aan de leiders van Zijn Kerk om het voor Zijn werk te gebruiken, zoals Hij dit aangeeft door Zijn Zoon, Jozua de Christus.



Waarheden Geopenbaard tijdens Filadelfia

God herstelde tijdens het Filadelfia tijdperk de volgende 18 Waarheden in Zijn Kerk door Herbert W. Armstrong. Deze waarheden, die fundamenteel zijn voor Gods Kerk, dienden tegelijk ook om te openbaren dat Herbert W. Armstrong, net zoals Johannes de Doper, de rol van de geprofeteerde ‘Elia die komen zal’ was.

Johannes de Doper vervulde deze taak door de weg voor te bereiden voor de eerste komst van de Messias, die op zijn beurt de rol van Gods Pascha voor de mensheid, op zich zou nemen. Herbert W. Armstrong vervulde zijn taak als ‘type’ van de ‘Elia die komen zou’ door ‘alle dingen’ (alle waarheden die nodig zijn voor behoud, verlossing) te herstellen die de Kerk aan het einde van het Sardis tijdperk verloren had, waarheden die noodzakelijk zijn voor de voorbereiding van de Kerk op de wederkomst van Jozua de Christus.

Het herstel van deze waarheden, gegeven door Herbert W. Armstrong, maakte de weg vrij voor het verschijnen van een derde en laatste ‘type’ van de ‘Elia die komen zou,’ diegene die God zou gebruiken om de weg (in de Kerk en de wereld) voor te bereiden op de wederkomst van Zijn Zoon, die deze keer terug zal keren om zijn rol als ‘Koning der koningen,’ de Messias, op zich te nemen en in Zijn Koninkrijk zal regeren.

4 (1)    Gods Regering. Christus zal bij zijn wederkomst Gods Regering over de gehele aarde te herstellen. Tijdens het Filadelfia tijdperk werd Gods bestuur hersteld in Zijn Kerk. Het is geen bestuur van mensen, die beslissingen nemen door stemming of hun eigen wil doen, maar een bestuur dat door God zelf geleid wordt, door Zijn geest. (Efeziërs 4 en 1 Corinthiërs 12)

5 (2)    Het Evangelie (de Boodschap) van het Koninkrijk van God. Het Evangelie van het Koninkrijk van God werd na 1.900 jaar hersteld. Dat is het ‘goede nieuws’ over de Regering van God, die bij de wederkomst van Christus hersteld zal worden.

6 (3)    Gods Doel met de Mensheid. God is Zichzelf aan het reproduceren (voortplanten) en er is geen enkele andere kerk die deze waarheid kent, noch verkondigd. Wij zijn voorbestemd om uit God geboren te worden en God te worden, in de God Familie, Elohim.

7 (4)    Wie en wat is God. God is een Familie waarin wij geboren kunnen worden. Gods geest getuigd met onze geest dat wij verwekte kinderen van God zijn.

8 (5)    Wat is de Mens? De mens heeft geen onsterfelijke ziel. De mens is een tijdelijk levend, sterfelijk wezen, dat bij de dood terugkeert tot de elementen van de aarde en niet naar de hemel of de hel gaat. Alleen God kan de mens onsterfelijkheid in Zijn Familie schenken.

9 (6)    De menselijke geest in de mens. Het verschil tussen het menselijk verstand en de dierlijk brein is dat er een menselijke geest in het menselijk brein aanwezig is, die de capaciteit tot vrijheid van denken, creativiteit en geheugen geeft. Deze menselijke geest moet met de geest van God verenigd worden om de mens in staat te stellen Gods ware wegen te leren kennen.

10 (7)    De Kerk bestaat slechts uit eerstelingen. De Kerk bestaat slechts uit de eerste vruchten, wat het begin van Gods plan van verlossing is. God is nog niet bezig om de gehele wereld te redden. De eerste vruchten zijn zij die beproefd en opgeleid werden om deel uit te maken van Gods Regering, in Zijn Koninkrijk, wanneer Jozua de Christus in het Millennium als Koning der koningen terugkeert. Zij die zich tijdens het Millennium bekeren zullen evenals de eerste vruchten, koningen, priesters en leraren worden voor de wereld, die na het Millennium uit de dood opgewekt zullen worden.

11 (8)    De Kerk is nog niet het Koninkrijk van God. De Kerk van God is nog niet het Koninkrijk van God, maar het is het embryo, dat het Koninkrijk van God zal worden. Het valse evangelie van het traditionele christendom verkondigt dat de kerk op aarde het Koninkrijk van God is. Meneer Armstrong zag duidelijk dat het letterlijke ‘komende Koninkrijk’ de boodschap is die Christus ons van de Vader bracht.

12 (9)    Alleen wie door God de vader geroepen en getrokken wordt, kan zich bekeren. Alleen diegenen die God nu kiest en roept, kunnen in de Kerk van God komen. Satan heeft de hele wereld misleid en de Kerk is uit die wereld geroepen. (Johannes 6: 44)

13 (10)    De Opstanding ten oordeel. De opstanding ten oordeel, is het oordeel van de Grote Witte Troon. (Openbaring 20) Deze periode van oordeel duurt 100 jaar en volgt op de Duizendjarige heerschappij van Christus op aarde. God is de voorbije 6.000 jaar niet bezig geweest met het ‘redden’ van de wereld, en de miljarden die in die periode geen kans op verlossing hebben gehad, zullen die kans wel krijgen in deze komende tijd des oordeels. Hun tijd voor verlossing komt. Tijdens die periode van oordeel zullen diegenen die tot een tweede fysiek leven opgestaan zijn, moeten bewijzen dat zij anders willen leven dan zij in hun eerste leven deden.

14 (11)    Het Millennium. Het Koninkrijk van God zal tijdens deze duizendjarige periode over alle naties op aarde regeren. Jozua de Christus en de 144.000 die opgewekt zijn om koningen en priesters te worden, zullen regeren en welvaart over de gehele aarde brengen. Voor de eerste keer in de geschiedenis van de mensheid (sinds Adam zondigde en God de weg naar de boom des levens afsloot) zal eindelijk behoud aan alle mensen aangeboden worden.

15 (12)    De heilige geest die in ons komt ‘verwekt’ ons slechts. Gods heilige geest opent ons verstand zodat wij het gecodeerde boek de Bijbel, kunnen begrijpen, wat anders afgesloten is voor ons begrip. Zonder die geest kunnen wij de Bijbel niet begrijpen. Geestelijke kennis halen wij uit de Bijbel door de openbaring van de heilige geest, die God met mate geeft, wanneer Hij iemand roept. Eenmaal gedoopt blijft deze heilige geest wonen in hen, die door Gods geest verwekt zijn, zodat deze persoon kan blijven groeien in kennis over en begrip van God.

16 (13)    Wij zijn slechts verwekt, niet wedergeboren. Wij hebben nog niet geërfd, maar zijn erfgenamen van God. De heilige geest verwekt ons als kinderen van God, maar wij zijn niet geboren uit Gods geest, geestelijk gemaakt. Iedereen in Gods Kerk wordt eerst verwekt door Gods geest om later in Gods Familie geboren te worden in een opstanding tot geestelijk leven.

17 (14)    De identiteit van hedendaags Israël. De Kerk kent de identiteit van hedendaags Israël en de locatie van de tien verloren stammen. De Kerk begrijpt dat Joden tot de stam Juda behoren en dat de Verenigde Staten van Manasse afstammen. Meneer Armstrong zag duidelijk aan de hand van de Bijbel dat de nakomelingen van Israël de belofte van het eerstgeboorterecht zouden ontvangen en dat de Engelstalige volkeren de nakomelingen van Jozefs twee zonen zijn.

18 (15)    Profetie kan alleen begrepen worden als je weet wie de hedendaagse naties van Israël zijn. De Kerk begrijpt welke profetieën op de hedendaagse naties van Israël van toepassing zijn. Deze naties omvatten Israël, de Verenigde Staten, Canada, Australië, Nieuw-Zeeland en het grootste deel van west Europa, inclusief het Verenigd Koninkrijk. De Kerk begrijpt dat de Grote Verdrukking de tijd is van ‘Jacobs benauwdheid.’ Naast het verkondigen van het evangelie predikte meneer Armstrong ook een Ezechiël-waarschuwing, die bedoeld was voor de nakomelingen van Israël in de eindtijd.

19 (16)    De jaarlijkse Feestdagen. Het plan van God, dat door de Feestdagen, Heilige Dagen, getoond wordt, werd alleen aan de Kerk van God geopenbaard, via Herbert W. Armstrong. Het Pascha en de Feestdagen (Heilige Dagen) geven een beeld van Gods plan voor het behoud van de mensheid.

20 (17)    De autoriteit van de heilige kalender wordt bewaard door de Joden. Door Herbert W. Armstrong begrijpt de Kerk dat God de autoriteit aan de Joden heeft gegeven om de wekelijkse en jaarlijkse kalender bij te houden.

21 (18)    Tweede en Derde Tienden. Tweede Tienden dienen om Gods Feestdagen te kunnen vieren. Derde Tienden is voor behoeftigen en werd ingesteld in Gods Kerk tijdens het begin van het Filadelfia tijdperk. Dit was niet langer geëist van Gods volk toen meer regeringen sociale programma’s begonnen op te zetten om beter voor dergelijke behoeften in hun landen te zorgen. Deze derde Tiende werd oorspronkelijk ingesteld om ingezameld en gedistribueerd te worden in Israël, net zoals de hedendaagse overheidssteun. (dit wordt geïnd via belastingen).



Waarheden geopenbaard na het Filadelfia tijdperk, eens de Overblijfsel Kerk een feit was

Herbert W. Armstrong onderwees dat de Kerk van God altijd zou blijven groeien in begrip en kennis van de waarheid van God. Er kan nooit een tijdstip zijn waarop de Kerk van God stagneert, anders kunnen wij de Kerk van God niet zijn. Waar Gods geest woont, daar zal groei zijn.

Tijdens het Sardis tijdperk groeide de Kerk niet. Toen dat tijdperk eind jaren twintig (van de vorige eeuw) afliep had zij bijna alle waarheid verloren. Slechts drie Waarheden waren overgebleven. Dit zijn de eerste drie van de 57 Waarheden.

Nadat het Filadelfia tijdperk in januari 1986 was afgelopen, groeide de Kerk niet meer en begon de waarheid van God af te zwakken. Dit ging door tot December 1994, toen bijna alle Waarheid van God onder vuur kwam te liggen en de Wereldwijde Kerk van God in die tijd de waarheid probeerde te vernietigen die God hersteld had door Herbert W. Armstrong.

Sinds die Apostase en de verstrooiing van Gods Kerk, die daarop volgde, vormden zich meer dan 600 organisaties. Slechts één kleine groep kwam tevoorschijn, als het geprofeteerde overblijfsel dat God zou herstellen voorbereiden op de wederkomst van Christus. De rest is blijven stagneren, alhoewel zij wakker waren geschud, uit een diepe geestelijke slaap die voor de Apostase bestond. Kort daarna vielen zij allemaal gewoon terug in een diepe geestelijke slaap. En de waarheid is opnieuw verwaterd en/of gewoonweg verworpen.

Ondanks wat er is gebeurd met de meesten die verstrooid waren, is God het overblijfsel van Zijn Kerk blijven zegenen met een beter begrip van Zijn woord, vooral wat betreft deze eindtijd. De Kerk is inderdaad blijven groeien in begrip en waarheid. God heeft deze waarheden geopenbaard door Ronald Weinland, Zijn apostel in deze laatste periode, waarin wij aftellen naar de wederkomst van Christus.

Allen die deel gaan uitmaken van het overblijfsel dat God roept, zullen het eens worden met deze Waarheden. De 3 Waarheden die overgebleven waren aan het eind van Sardis en de 18 Waarheden die tijdens Filadelfia zijn hersteld, scheidden Gods Kerk van de wereld. Deze Waarheden zijn van vitaal belang voor verlossing en behoud. Deze Waarheden, die na de Apostase zijn gegeven, scheidden Gods ware overblijfsel Kerk van de rest, die na de Apostase verstrooid zijn. Deze Waarheden identificeren de ware Kerk van God en diegenen met Hij momenteel werkt en aan wie Hij voortdurend de waarheid openbaart. De meeste van deze Waarheden vertegenwoordigen een overgang van een strikte fysieke begrip in het verleden naar een dieper geestelijk begrip nu.

De overgebleven waarheden zijn allemaal geopenbaard nadat het Laodicea tijdperk in 1988 was afgelopen. Deze werden gegeven nadat het geprofeteerde overblijfsel van de Kerk werd gevestigd, als voortzetting van Gods Kerk en die zou blijven bestaan tot de tweede komst van Jozua de Christus.

22 (1)    Er is een Apostase geweest, die zijn weerga niet kende in de Kerk van God, precies zoals geprofeteerd staat in 2 Tessalonicenzen 2: 1 – 3. De context van 2 Tessalonicenzen is voor de eindtijd, voor de terugkeer van Jozua de Christus en was niet bestemd voor de tijd van de eerste apostelen. Het woord ‘Apostase’ betekent ‘in de steek laten en weggaan’ en in deze Apostase was er sprake van het verlaten en afvallen van de waarheid die God aan Zijn Kerk had gegeven. Nooit eerder was dit gebeurd binnen de hoogste leiding van de Kerk van God. Nooit eerder had de Kerk zo’n massale afvalligheid van de waarheid onder haar leden ervaren. Dit moest echter gebeuren voor de ontplooiing van de eindtijdgebeurtenissen, die zouden leiden tot de terugkeer van Jozua de Christus. Velen in de verstrooide Kerk geloven nog steeds niet dat deze Apostase heeft plaatsgevonden en dus geloven zij dat zij nog veel groter moeten worden dan de Wereldwijde Kerk van God eens was, teneinde deze profetie te vervullen.

23 (2)    De Zoon des Verderfs werd geopenbaard als zijnde Joseph Tkach sr, die de eindtijd Apostase begon. Meneer Tkach probeerde de wet van God te veranderen en zijn handelswijze leidde tot grote vernietiging binnen de Kerk. Door de wet van God te veranderen verhief hij zichzelf boven God. Het woord ‘zitten’ in 2 Tessalonicenzen 2: 4 betekent ‘toekennen van gezag.’ Meneer Tkach werd het gezag gegeven om de fysieke leider van de Kerk te zijn, onder Jozua de Christus, en kort daarna keerde hij zich tegen God. Joseph Tkach sr stierf, tot op het uur, precies 40 weken nadat hij zijn preek, die tot de Apostase leidde, gegeven had. Dat was een teken aan Gods Kerk dat Jozua Christus nu zou komen en dat de definitieve eindtijdgebeurtenissen waren begonnen.

24 (3)    De ‘tempel’ in Mattheus 24, 2 Tessalonicenzen en in vele andere profetieën gaat over de Kerk van God. De zoon des verderfs, die in ‘de tempel van God zat’ was Joseph Tkach sr, die het gezag over de Kerk van God had. Zoals meneer Armstrong voor zijn dood onderwees, maakt alleen de aanwezigheid van God iets heilig. God is niet aanwezig in een fysieke tempel, maar een geestelijke tempel, Gods eigen Kerk. Als in Jeruzalem een fysieke tempel gebouwd zou worden, dan kan die niet geheiligd worden, niet heilig zijn.

25 (4)    De gruwel der verwoesting gaat over wat Joseph Tkach in de Kerk gedaan heeft. Deze ‘gruwel der verwoesting’ begon binnen de Kerk ten gevolge van de preek die hij op 17 December 1994 in Atlanta gaf, waarbij hij Gods wetten veranderde. Hierdoor begon de Apostase. Dit was een poging om ‘de tempel van God’ te bezoedelen en vernietigen. Dit is de geprofeteerde gebeurtenis waar Daniel over gesproken heeft. ‘De gruwel der verwoesting in de heilige plaats.’ (Mattheus 24: 14 – 16)

26 (5)    De ‘stenen van de tempel’ gaat over de mensen in de Kerk van God in de eindtijd. De discussie tussen Christus en de discipelen in Mattheus 24 gaat over de eindtijd. Christus verklaarde dat de stenen van de tempel zouden worden afgebroken alvorens Hij zou terugkeren. Dit gebeurde onmiddellijk na de Apostase op het tijd van het verstrooien van Gods Kerk, de geestelijke tempel van God.

27 (6)    Allen in de Kerk van God gedurende het tijdperk van Laodicea waren Laodiceanen. Verwijzend naar de periode na de dood van meneer Armstrong tot aan het Pinksteren 1998) De Kerk van God geloofde vroeger dat er op het einde twee tijdperken zouden zijn, die zij aan zij zouden bestaan: Filadelfia en Laodicea. De ene (Filadelfia) zou naar een plaats van veiligheid gaan en de andere (Laodicea) zou door de grote verdrukking moeten gaan. Maar één era kan een andere niet overlappen en de geschiedenis heeft aangetoond dat iedereen die in Laodicea leefde, Laodiceaans was. Dit tijdperk werd steeds lauwer en vervuld van trots. Na de Apostase begonnen slechts enkelen zich hiervan te bekeren en als gevolg daarvan begon God opnieuw in hun leven te werken. (Openbaring 3: 1 – 16)

28 (7)    Heel Laodicea werd precies zoals in de profetien geschreven staat, uit Gods mond gespuwd – afgesneden van Christus en verstrooid. Dit gebeurde om sommigen van Gods mensen te helpen om wakker te worden. God kan niet datgene aanvaarden wat lauw en doordrenkt van hoogmoed is. God kan en wil niet in de nabijheid van zonden zijn – en hoogmoed is zonde. Hoogmoed en geestelijke laksheid doordrongen de Kerk van God in de 90er jaren en daardoor werd de volledige Kerk van God afgescheiden, zoals voorspeld werd in Openbaring 3:16. Als je niet kan toegeven dat jij je in zo'n toestand bevindt en en jij je niet bekeert van deze toestand: God werkt niet met zulke mensen. En zelfs al geef je toe dat jij je in zo'n toestand bevindt, zelfs al bekeer jij je, dan moet je altijd tegen geestelijke luiheid vechten, zoals Laodicea vermaand werd.

29 (8)    De hele Kerk viel in slaap, zoals in Mattheus 25: 1 – 13 beschreven staat. Dit was het directe gevolg van de Laodiceaanse houding en lauw zijn. De Kerk geloofde dat er vijf wijze maagden waren, die naar de bruiloft gingen, en dat de vijf dwaze maagden door de bruidegom verworpen werden. De Bijbel zegt echter dat ‘alle’ maagden in slaap vielen, zowel wijzen als dwazen. Beiden hebben zich moeten bekeren omdat zij de olie, die hen ter beschikking stond, niet hebben gebruikt. Toen de roep uitging dat de bruidegom eraan kwam, was het tijd voor die maagden om wakker te maken en de olie (Gods geest) te ‘gebruiken’ om zich voor te bereiden (hun lampen in orde te maken om het juiste licht in hun leven te geven) voor de bruiloft.

Er wordt echter niet gezegd wie er door de bruidegom aanvaard werd. Of dit wijze of de dwaze maagden waren. Velen in de verstrooide Kerk vandaag beleven een zekere religieuze routine, zoals de protestantse wereld dit doet, pratende over de waarheid zonder echt ijverig te zijn. Zij beseffen niet dat er een Apostase in hun midden is gebeurd en blijven daarom slapen. Alleen zij die zich kunnen bekeren van hun Laodiceaanse houding zullen in deze eindtijd door Christus worden aanvaard. Alleen God kan iemand wakker maken uit de geestelijke slaap, die de hele verstrooide Kerk overmant. Alleen die maagden die God heeft wakker gemaakt kunnen zich bekeren en zichzelf voorbereiden op de bruiloft.

Mattheus 25: 1 – 6. Dan zal het Koninkrijk der hemelen vergeleken worden met tien maagden, die haar lampen namen en uittrokken, de bruidegom tegemoet. En vijf van haar waren dwaas en vijf waren wijs. Want de dwazen namen hun lampen mede, maar geen olie, doch de wijzen namen olie in hun kruiken, met hun lampen. Terwijl de bruidegom uitbleef, werden zij allen slaperig en sliepen in. En midden in de nacht klonk een geroep: Ziet, de bruidegom komt, gaat uit, hem tegemoet!

Tot de tijd van de Apostase was de Kerk aan het sluimeren en slapen. Toen ging er een geroep uit. (een geweldig geluid, dat de hele Kerk door elkaar schudde) De Apostase was het teken dat Christus zou komen. Het aftellen was begonnen.Mattheus 25: 7 – 10) Toen stonden al die maagden op (diegenen die wakker gemaakt waren) en brachten hun lampen in orde. (Zowel de wijze als dwaze maagden die wakker gemaakt waren) En de dwazen zeiden tot de wijzen: Geeft ons van uw olie, want onze lampen gaan uit. Maar de wijzen antwoordden en zeiden: Nee, er mocht niet genoeg zijn voor ons en voor u; gaat liever naar de verkopers en koopt voor uzelf. Doch terwijl zij heengingen om te kopen, kwam de bruidegom, en die gereed waren, (diegenen die eerder werden beschreven als zijnde wijzen en dwazen) gingen met hem de bruiloftszaal binnen en de deur werd gesloten.

Mattheus 25: 11 – 13 Later kwamen ook de andere maagden (diegenen die zich niet correct hadden voorbereid) en zeiden: Heer, Heer, doe ons open! Maar hij antwoordde en zeide: Voorwaar, ik zeg u, ik ken u niet. Waakt dan, want gij weet de dag noch het uur, in welke de Zoon des Mensen komen zal.

30 (9)    Mattheus 24 gaat in de eerste plaats over de Kerk in de eindtijd. Toen Jozua Christus de profetieën gaf, over de gebeurtenissen die zouden leiden tot zijn komst als de Messias, sprak hij eerst over de zaken die zouden gebeuren in de Kerk (verzen 4 tot 21) Er werd gedacht dat dit fysieke gebeurtenissen zouden zijn, die op aarde zouden gebeuren, maar dit gaat over de Kerk en de geestelijke betekenis van deze gebeurtenissen.

De problemen in de Kerk begonnen in de jaren 70. Ministers begonnen tegen meneer Armstrong te rebelleren en de Laodiceaanse houding begon langzaam haar intrede te doen. Terwijl meneer Armstrong probeerde om de Kerk ‘terug op het spoor te zetten’ (zoals hij het steeds verwoordde) betwijfelde hij openlijk hoeveel mensen het werkelijk begrepen. Tijdens de jaren 70 en 80 waarschuwde hij de Kerk vaak dat zij in slaap aan het vallen was, en dit tot aan zijn overlijden in 1986. Dit is waar de verzen die vooraf gaan aan Mattheus 24: 14 over spreken: oorlogen en geruchten van oorlogen, aardbevingen (schokken in de Kerk) Maar nog is dat het einde niet.

Na de dood van meneer Armstrong en nadat het evangelie ‘aan de gehele wereld’ verkondigd was, begon het tijdperk van Laodicea en daarmee ook ‘het einde der tijden.’ De verzen 15 t/m 28 beschrijven de verstrooiing van de Kerk, toen men naar de bergen (verschillende Kerk organisaties, die opkwamen uit de verstrooiing) vluchtte en de grotere beproevingen over de Kerk kwamen, met o.a. geestelijke oorlogvoering, misleiding en hongersnood. Gebeurtenissen als deze zullen ook in de wereld gaan plaatsvinden, maar deze verzen zijn specifiek van toepassing op de Kerk.

God heeft aangetoond dat de verzen 21 en 22 op zowel de Kerk als de wereld van toepassing zijn. Al deze geprofeteerde gebeurtenissen, beschreven in Mattheus 24, leiden tot de komst van de Messias naar deze aarde. (Verzen 29 – 31)

31 (10)    De eerste vier Zegels van Openbaring gaan over de Kerk en lopen parallel met Mattheus 24. Deze vier Zegels gaan niet over fysieke gebeurtenissen in de eindtijd. Herbert W. Armstrong onderwees dat deze vier Zegels van Openbaring slechts begrepen konden worden als je Mattheus 24 begrijpt. Hierin had hij gelijk, maar hij dacht dat dit eerder over fysieke gebeurtenissen ging, dan over geestelijke gebeurtenissen, die betrekking hadden op de Kerk, zoals God later openbaarde. De meeste mensen die verstrooid zijn, begrijpen nog steeds niet dat dit niet over fysieke maar geestelijke gebeurtenissen gaat. Terwijl de Kerk heeft deze gebeurtenissen meegemaakt werd het duidelijk dat Mattheus 24 over de Kerk ging, evenals Openbaring 6: 1 – 8. Het eerste Zegel gaat over de Gruwel der Verwoesting. Het tweede betreft de geestelijke strijd in de Kerk. Het derde gaat over hongersnood omdat het woord van God niet meer gepredikt wordt. (Amos 8: 11) Het vierde Zegel spreekt over het voortduren en verergeren van elk van deze toestanden binnen de verstrooide organisaties die na de Apostase uit de Wereldwijde Kerk ontstonden.

32 (11)    Ezechiël 5 is (geestelijk) vervuld door de verstrooiing van de Kerk van God sinds de Apostase. Na de Gruwel der Verwoesting bleef ongeveer één derde in de Wereldwijde kerk van God (zij accepteerde hetzelfde geloof van alle misleidde christelijke kerken), één derde gaf alles volledig op, één derde ging op in de diverse organisaties die zich daarna vormden. Het laatste derde deel moest verdere beproevingen ondergaan, die weerspiegelen wat God over Laodicea gezegd heeft. Te midden van al deze geestelijke vernietiging profeteerde God dat één tiende (10%) van één derde de gevangenschap in de eindtijdvernietiging zou overleven en dat hen aangeboden zou worden dat zij tot de overblijfsel Kerk (die tot het einde zal blijven bestaan) kunnen behoren. Over deze kleine overblijfsel Kerk wordt in vele andere Bijbelse profetieën gesproken.

33 (12)    Er is geen letterlijke fysieke plaats van bescherming voor de Kerk gedurende de tijd van de grote verdrukking, maar wel een geestelijke. De ‘vleugels’ waar naar verwezen wordt in Openbaring 12: 14 zijn een symbool voor bescherming, net zoals de ‘slippen’ (Het Hebreeuwse woord voor ‘vleugels,’ symbool van bescherming) in Ezechiël 5: 3. Dit is een verwijzing naar een specifieke periode van bescherming voor enkelen, die God als eersten begon te roepen om deel uit te maken van een overblijfsel van de hele verstrooide Kerk.. Die periode, die drie en een half jaar duurde, heeft reeds voorbij.

Ezechiël 5: 1 – 4. En gij, mensenkind, neem een scherp zwaard, dat gij gebruiken moet als het scheermes van een barbier; beweeg het over uw hoofd en over uw baard. Neem dan een weegschaal en verdeel de haren. Een derde deel zult gij midden in de stad met vuur verbranden, wanneer de dagen der belegering ten einde zijn. En een derde deel zult gij nemen en daar met het zwaard omheen slaan. En een derde deel zult gij in de wind strooien, want achter hen zal Ik het zwaard trekken. Dan zult gij enkele van die haren nemen en die vastbinden in uw slippen (Hebreeuws: vleugels, symbool van bescherming) En gij zult er nog enige nemen, die midden in het vuur werpen en met vuur verbranden; daaruit zal vuur voortkomen tegen het gehele huis Israëls. (het geestelijke huis van Israël is Gods Kerk)

Openbaring 12: 13 – 17. . En toen de draak zag, dat hij op de aarde was geworpen, vervolgde hij de vrouw, Gods Kerk, die het mannelijk kind gebaard had. En aan de vrouw werden de twee vleugels van de grote arend gegeven om naar de woestijn te vliegen, naar haar plaats waar zij gevoed wordt buiten het gezicht van de slang, een tijd, tijden en een halve tijd. (Drie en een half jaar) Doordat dit gebeurd is, had de slang uit haar bek water achter de vrouw geworpen, als een vloed, om haar door de vloed te laten meesleuren. En de aarde kwam de vrouw te hulp en de aarde opende haar mond en verzwolg de vloed, die de draak uit zijn bek had geworpen. (bescherming door het verstrooien van een overblijfsel) En de draak werd toornig op de vrouw en ging heen om oorlog te voeren tegen haar zaad. (Het overblijfsel van de Kerk) die de geboden van God bewaren, en het getuigenis van Jozua de Christus in hun leven hebben.

34 (13)    God heeft een overblijfsel wakker gemaakt, als laatste getuigenis van deze eindtijd. Deze getuigenis is voor zowel de Kerk (het gaat over Gods roeping in Zijn Kerk doorheen de tijd en vooral in deze eindtijd) en de wereld (in hoe de wereld altijd gereageerd heeft in de voorbije 6.000 jaar) De overgrote meerderheid van de Kerk heeft zich nooit bekeerd van de Laodiceaanse houding en zij blijven trots en lauw. God beloofde dat 10% van één derde van Laodicea wakker zou maken als getuigen van wat Hij in Zijn Kerk doet, als getuigen van wat de verstrooide Kerk tijdens Laodicea deed en wat zij zijn blijven doen.

Een ander belangrijke getuigenis van deze eindtijd betreft een zeer groot percentage van diegenen die wakker gemaakt zijn en de gelegenheid kregen om deel uit te gaan maken van een overblijfsel van Gods eindtijdkerk. Zij werden uit een geestelijke slaap gewekt en kregen de gelegenheid om deze Waarheden te zien, maar hebben deze verworpen. Net zoals in de voorbije 2.000 jaar in de Kerk, is de getuigenis als volgt: ‘velen zijn geroepen, maar slechts weinigen zijn gekozen.’ Hoewel zij grote zegeningen en de gelegenheid hebben gekregen om God, Zijn Zoon en de waarheid in hun leven te ontvangen, hebben de meesten dit uiteindelijk verworpen.

35 (14)    Wij begrijpen dat Jozua de Christus ‘voortdurend in het vlees komt’ bij hen, die in de Kerk van God zijn. Dit werd slechts gedeeltelijk begrepen door de Kerk. Sommige schriftgedeelten verwijzen naar Christus ‘komende in het vlees.’ Velen in de Kerk hebben dit fysiek opgevat, namelijk dat hij de eerste keer naar de mensheid kwam toen hij vleselijk, fysiek, een mens was. Andere uitdrukkingen over Jozua Christus’ ‘komen’ worden beschouwd alsof hij spreekt van een tijd dat hij naar deze aarde zal terugkeren. Maar het letterlijke Griekse woord gaat noch over een bestaan in de ‘verleden tijd’, noch over een wederkomst in de ‘toekomstige tijd.’ De uitdrukking die er het dichtst bij komt in de Nederlandse taal is ‘onvoltooid volledige tijd’ wat betekent dat Jozua de Christus voortdurend in ons leven, in ons vlees, komt, dat Gods geest ‘in’ ons woont (voortdurend in ons verblijft en leeft.)

36 (15)    Niemand gaat naar de hemel, zelfs de 144.000 niet. Van alle mensen die ooit geleefd hebben is Jozua de Christus de enige die naar de hemel is gegaan. Satan heeft vele religies misleid, die onderwijzen dat de mens naar de hemel zal gaan. Zelfs velen in de verstrooide Kerk van God geloven dat de 144.000 naar de hemel zullen gaan om daar opgeleid te worden voor Jozua de Christus terugkeert.

De opstanding van de 144.000 vindt plaats vlak voordat Christus terugkeert om het Koninkrijk van God te vestigen dat over alle naties zal regeren. Deze eerste grote opstanding uit de doden in Gods Familie bestaat uit diegenen die in de afgelopen 6.000 jaar hebben geleefd. Zij zullen met Christus terugkeren om te regeren. Dit is door velen verkeerd begrepen. De ‘zee van glas’ waar naar verwezen wordt bij die eerste opstanding, wordt verkeerdelijk gezien als de troon van God. Dat is het niet!

De zee van glas, waar naar verwezen wordt (in Openbaring 15: 2) is de bovenste atmosfeer van de ‘hemelen’ boven de aarde, waar deze belangrijke gebeurtenis zal plaatsvinden. Zelfs de mensen op aarde zullen dit spektakel in de hemel kunnen zien (als een helder licht).

Mensen zullen niet begrijpen wat zij zien, maar God heeft geopenbaard dat er ook fysieke dingen zichtbaar zullen zijn bij de komst van Christus, dingen die betrekking hebben op de geestelijke gebeurtenissen. Die zee van glas, waarin de 144.000, in de atmosfeer van de aarde, worden opgewekt moet niet worden verward met de zee van glas (de geestelijke schepping) in de geestelijke hemel van Zijn troon. (Openbaring 4: 6)

Dus, inderdaad, niemand gaat naar de hemel. God heeft geopenbaard dat niemand ooit naar de hemel is opgevaren behalve Jozua de Christus.

37 (16)    Het overblijfsel van Gods Kerk in Laodicea heeft het grootste bewijs ooit gekregen dat Jozua de Christus op de 14de van de maand Abib perfect alle symboliek die in de Paschadag vervat zit, vervulde. Sinds de jaren 70 zijn er dienaren in de Kerk geweest die onderwezen dat Christus sommige aspecten van het Pascha op de 15de vervulde en niet op de 14de (wanneer de Israëlieten het Pascha vierden). Meneer Armstrong verkondigde dat dit onderricht over de 15de niet correct is, maar desondanks gaat men hier mee door tot op de dag van vandaag. Samen met de vervulling van de symboliek van het Paschalam, vervulde Christus ook de symboliek van de Pascha offers, die door de Levitische priesters in de namiddag van het Pascha werden uitgevoerd voor het begin van de 15de. Dit daglicht gedeelte van de 14de, dat een grote betekenis bevat voor wat Christus vervulde, werd nooit volledig begrepen. Alles dat Jozua de Christus vervuld, vond plaats ‘tussen de twee avonden’ namelijk in de nacht van de 14de en niet op enig deel van de 15de.

38 (17)    De 144.000 zijn allen, die gedurende de afgelopen 6.000 jaar door God geroepen en beproefd werden, en die in de eerste opstanding zullen zijn bij de wederkomst van Christus. In het Filadelfia tijdperk onderwees men dat er 144.000 van Filadelfia zouden zijn, die bij de terugkeer van Christus opgewekt zouden worden, en dit samen met een ontelbare menigte die tijdens de laatste 3½ jaar van grote verdrukking uit Laodicea zouden komen. Dat is fout. Om toe te kunnen treden tot de Familie van God moet men gedurende vele jaren getest en beproefd worden en niet slechts 3½ jaar of minder. Diegenen die de verdrukking overleven zijn een voortzetting van de Kerk in het Millennium. De ontelbare menigte die in Openbaring vermeld wordt is dezelfde als de 144.000 verzegelden die op het moment van Christus’ wederkomst opgewekt worden. Allen zijn door grote verdrukking gegaan teneinde deel te worden van de Familie van God. Zij worden ‘ontelbaar’ genoemd omdat vanuit een fysiek standpunt bekeken geen mens zo’n grote massa mensen kan tellen. Alleen God kent het getal van de mensen waarmee Hij de afgelopen 6.000 jaar gewerkt heeft, die gevormd en voorbereid zijn om deel uit te maken van Zijn Familie en Zijn Regering. (Openbaring 14: 1, Openbaring 7: 1)

39 (18)    Herbert W. Armstrong was een ‘type’ van de geprofeteerde ‘Elia die komen zou’ en gedurende het Filadelfia tijdperk alle waarheid, die essentieel was voor het behoud van de Kerk van God, herstelde. Zeer weinigen in de Kerk die verstrooid werd, onderwijzen dit vandaag de dag. Meneer Armstrong beschreef zichzelf als ‘een stem, roepende in de woestijn’ en bevestigde in het boek ‘Mysterie der Eeuwen’ dat hij de profetieën betreffende de ‘Elia die komen zou’ vervuld had.

40 (19)    Mattheus 24: 14 werd alleen door Herbert W. Armstrong volledig vervuld. Vele van de organisaties in de Kerk die verstrooid werd, hebben deze waarheid verworpen, omdat velen van hen geloven dat zijzelf het evangelie aan de gehele wereld moeten blijven verkondigen. Zij erkennen niet dat Herbert W. Armstrong deze profetie over de Kerk volledig vervuld heeft.

41 (20)    De antichrist gaat niet over de paus of enig ander individu uit de wereld, maar gaat alleen over diegenen in Gods Kerk die Christus en Gods doel in hun leven tegenwerken. Zoals de ware context van 1 Johannes 2 openbaart, zijn er door de tijden heen ‘vele’ antichristenen in de Kerk gewest. Het toont ook aan dat dergelijke mensen altijd deel hebben uitgemaakt van Gods ware Kerk, maar dat zij de waarheid verlaten hebben en het doel van Jozua de Christus, om te ‘leven in’ diegenen in de Kerk teneinde Gods werk in hen te voltooien, tegenwerken. ‘Antichrist’ betekent eenvoudigweg ‘tegen Christus.’ De ‘wereld’ is nooit tot de waarheid geroepen en heeft nooit de kans gekregen op de ‘inwoning’ van Gods geest. Eenieder die dit doel tegenwerkt wordt een ‘antichrist.’ Niet toestaan dat God en Christus in ons komen wonen, door te weigeren je van jouw zonden te bekeren, is ontkennen waarom Christus voor ons stierf als ons Paschalam, zodat de Vader en de Zoon in ons zouden kunnen wonen.

42 (21)    God de Vader is Jahweh Elohim en Hij alleen heeft eeuwig bestaan. De leerstelling dat Christus altijd heeft bestaan is niet Bijbels maar werd aangenomen tijdens het Concilie van Nicea, in 325 na Christus. Tijdens dit Concilie werd de leer van de drie-eenheid aangenomen. Hier ontstond de katholieke kerk. Het duurde honderden jaren voordat protestantste kerken ontstonden en zij ook deze leer van de drie-eenheid van de kerk van Rome aannamen.

De waarheid is echter dat datgene dat in de Bijbel als ‘Heilige Geest’ vertaald is en die verondersteld wordt één van de wezens van de godheid te zijn, verkeerd wordt begrepen en helemaal geen wezen is! De juiste vertaling is ‘heilige geest,’ het is de geest van de Ene Eeuwige God, Jahweh Elohim. Er zijn geen drie wezens in de Godheid, zoals de doctrine van de drie-eenheid leert.

In plaats daarvan is er slechts één Almachtige God die eeuwig bestaat. Jozua de Christus werd verwekt in Maria, zijn aardse moeder. Hij is verwekt door God, Jahweh Elohim. Hij is de Vader van Christus. Jozua de Christus bestond niet voordat hij uit Maria werd geboren. Er zijn heel veel bewijzen van te vinden in de Bijbel en een groot aantal daarvan is uitgebreid behandeld in de preken die in 2005 tijdens het Loofhuttenfeest gegeven zijn.

Er staan enkele verzen in het boek Jozua, door God gegeven, die precies betekenen wat er staat. Er is zelfs één vers waarin God het overduidelijk maakt wie de Schepper is van alle dingen die geschapen zijn.

Jesaja 45: 5. Ik ben de Here (Jahweh, dit betekent de Eeuwige) en er is geen ander. Buiten Mij is er geen God, (Hebreeuws: Elohim) Ik zal u gorden, hoewel gij Mij niet kende, opdat men het wete waar de zon opgaat en waar zij ondergaat, dat er buiten Mij niemand is. Ik ben de Here (Jahweh, de Here) en er is geen ander.

Jesaja 45: 18. Want zo zegt de Here (Jahweh, de Eeuwige) die de hemelen geschapen heeft, Hij is Elohim, Hij is God, die de aarde geformeerd en haar gemaakt heeft, Hij heeft haar niet gegrondvest; dat zij ledig zou zijn maar ter bewoning heeft Hij haar geformeerd. Ik ben de Here (Jahweh, de Eeuwige) en er is geen ander.

43 (22)    Het overblijfsel dat God wakker zal maken voor Christus’ wederkomst, zal bestaan uit 10% van 1/3de van diegenen die in de Wereldwijde Kerk van God zaten, voordat de Apostase begon.

Dit zijn diegenen die ontwaakt zijn en de gelegenheid krijgen om deel uit te maken van Gods eindtijd overblijfsel Kerk. Een overblijfsel dat uit de Apostase is gekomen. Maar, zoals in Waarheid 34 besproken, hebben niet allen Gods ontwaken uit de gevangenschap geaccepteerd en ontvangen. In plaats daarvan kozen sommigen vanaf het begin om te weigeren wat God hen aanbod. Anderen werden wakker gemaakt en hadden omgang met de mensen in Gods overblijfsel Kerk, maar later verwierpen zij Gods waarheid en het feit dat Hij hen wakker had gemaakt.

Deze waarheid gaat over de getrouwheid van God om Zijn beloften te vervullen om 10% van een derde deel van diegenen die in de Wereldwijde Kerk van God gezeten hebben, wakker te maken. Het ware bewijs is dat God getrouw is, zoals in Ezechiël 5 beschreven. Maar vaak zijn fysieke mensen God niet getrouw.

Sinds de tijd dat God deze Waarheid openbaarde, heeft de Kerk bijna de volledige vervulling hiervan ervaren. Voordat Christus terugkeert zal de volledige 10% ontwaakt zijn uit de Apostase en zal zij de gelegenheid hebben gekregen om deel uit te maken van Gods overblijfsel Kerk.

Deze Waarheid werd gegeven toen God het begrip gaf dat Ezechiël 5 gaat over de gevolgen van de Apostase op zijn Kerk en het overblijfsel dat God uit die Apostase zou ontwaken. Dientengevolge moet worden verduidelijkt dat hoewel deze verzen een tweeledig doel lijken te hebben, dat van toepassing is op de verstrooide fysiek naties van Israël en Gods Kerk, dit nog niet volledig geopenbaard is door God.

Er is dualiteit in de Bijbel, het is van toepassing op de fysieke verstrooide naties van Israël e op het geestelijk Israël van God, de Kerk van God. De verzen in Ezechiël 5 gaan volledig over Gods overblijfsel Kerk in de eindtijd. In het verleden geloofden wij dat Ezechiël 5 ook dualiteit bevatte met betrekking op de fysieke naties van Israël. Aangezien deze Waarheid over Gods overblijfsel Kerk gaat moet worden gezegd dat het nog niet geopenbaard is of deze verzen ook van toepassing zijn op fysiek Israël of niet.

44 (23)    De gevangenschap van de Verenigde Staten en het Britse Gemenebest zal plaatsvinden tijdens de Vijfde Trompet van het Zevende Zegel en niet tijdens het Vijfde Zegel, zoals vroeger werd onderwezen in de Wereldwijde Kerk van God. Dit begrip kwam toen God openbaarde dat de eerste vier Zegels van Openbaring over de Kerk en niet over de wereld gingen.

45 (24)    Niet alle gedoopte leden, waaronder ook de meesten van het overblijfsel, zullen deel uitmaken van de 144.000. In de afgelopen 6.000 jaar heeft God zij die verzegeld zullen worden, en tot de 144.000 zullen behoren, geroepen en gekozen. Zij die verzegeld zijn zullen opgewekt worden om met Christus terug te komen om over de naties van deze aarde te regeren. Er zijn nog mensen die gekozen en verzegeld moeten worden, om deel uit te maken van de 144.000. Geroepen en vervolgens gedoopt worden in deze laatste periode, waarin we aftellen naar Christus’ komst, betekent niet dat iemand uitgekozen is om deel uit te maken van de 144.000.

God heeft Zijn Kerk recentelijk duidelijk gemaakt dat zodra dit proces voltooid is en allen zijn verzegeld zodat het getal van de 144.000 volmaakt is, de laatste periode (die vaak de grote (fysieke) verdrukking genoemd wordt) zal beginnen. Hier volgt het verhaal.

Openbaring 7: 1. Daarna zag ik vier engelen staan aan de vier hoeken der aarde, die de vier winden der aarde vasthielden, opdat er geen wind zou waaien over de aarde, of over de zee of over enige boom. En ik zag een andere engel opkomen van de opgang der zon, hebbende het zegel van de levende God. En hij riep met luider stem tot de vier engelen, aan wie gegeven was aan de aarde en de zee schade toe te brengen. En hij zei: brengt geen schade toe aan de aarde, noch aan de zee, noch aan de bomen, voordat wij de knechten van onze God aan hun voorhoofd verzegeld hebben. En ik hoorde het getal van hen, die verzegeld waren: honderdvierenveertigduizend waren verzegeld uit alle stammen der kinderen Israëls.

Dit verhaal gaat over de voltooiing van dit proces dat al bijna 6.000 jaar aan de gang is. Slechts een paar mensen moeten nog worden verzegeld. De 144.000 zijn degenen die met Christus terug zullen keren bij zijn komst. Eenmaal opgewekt in Gods Familie worden zij geestelijk Israël en in de structuur van Gods Regering dragen zij de namen van de 12 fysieke stammen van Israël. Zij worden verzegeld en zullen die namen dragen. Zij vormen de structuur van Gods Regering in geestelijk Israël, Elohim.

Toen het Zevende Zegel werd geopend, bliezen zeven engelen op hun trompetten. Openbaring 7 gaat over hoe de eerste vier engelen worden tegengehouden vanaf het begin van de vernietiging door de eerste vier Trompetten, totdat deze verzegeling is voltooid. Zodra de verzegeling is voltooid beginnen die vier engelen aan hun vernietiging over de aarde uit te storten. In Openbaring 8 lezen we over deze gebeurtenis. De volgende hoofdstukken beschrijven de nog grotere vernietiging die volgt door de drie overblijvende engelen en de vervulling van hun trompetstoten.

Eens de verzegeling eenmaal voltooid is zal het grootste deel van diegenen die in de Kerk van God gedoopt zijn, doorgaan met het fysieke leven, tot het begin van het Millennium. Zij zullen een voortzetting zijn van Gods Kerk in het nieuwe tijdperk, waarin Christus op aarde regeert.

46 (25)    De ‘Church of God – PKG’ is de enige fysieke organisatie waar God in deze eindtijd mee werkt als overblijfsel van de veel grotere Kerk, die zij voor de Apostase was. God heeft altijd met een hiërarchische regeringsvorm gewerkt, vooral in deze eindtijd. Er was één eindtijd apostel in het Filadelfia tijdperk. En deze apostel leidde de enige fysieke organisatie door wie God werkte, Zijn Kerk. Zo is er vandaag de dag één apostel die dag Gods Kerk leidt.

47 (26)    De twee eindtijdgetuigen (de twee eindtijdprofeten van God) zijn reeds geopenbaard.

Hoewel Gods Kerk gelooft dat de twee eindtijdgetuigen zijn geopenbaard, zijn degenen die na de Apostase zijn verspreid over honderden verschillende organisaties, niet van mening dat deze getuigen zijn geopenbaard. Op Gods tijd en op Zijn manier zullen deze twee bekend gemaakt worden aan de Kerk die verstrooid blijft. Dat geldt ook voor iedereen in de wereld, die op dat moment hen als getuigen beginnen te erkennen.

48 (27)    De Zeven Donders zijn geopenbaard en zullen precies zo geschieden als voorspeld is. Zoals in preken en in het boek ‘2008 – Gods Laatste Getuigenis’ verkondigd wordt, begonnen al deze Donders tijdens de periode van het Zesde Zegel. Hun vervulling zal door blijven gaan, en dit met steeds grotere intensiteit, gedurende de tijd van het Zevende Zegel. De Donders zijn:

1) Verschrikkingen van Oorlog. 9/11 (11 September 2001( was de dag dat het Zesde Zegel geopend werd. (Alle 7 gebouwen van het World Trade Center werden vernietigd) en dit was het begin van de Zeven Donders.

2) Aardbevingen en de hiermee gepaard gaande tsunami’s en uitbarstende vulkanen.

3) Abnormaal weer zoals overstromingen, modderstromen, bosbranden en het verlies van landbouwgrond.

4) Wereldwijde Economische ontwrichting.

5) Verwoestingen met meer dood tot gevolg (onderverdeeld in drie afzonderlijke fases en dit in willekeurige volgorde)

6) Een groeiende openbaring van Gods twee eindtijdgetuigen, zowel in de Kerk die verstrooid werd, als in de wereld.

7) Een versnelde openbaring van God aan de mensheid, zowel in de Kerk die verstrooid werd, als in de wereld.

49 (28)    Jozua de Christus zal samen met de 144.000 op een Pinksterdag naar de aarde terugkeren. In het Oude Testament werden op Pinksteren de broden heen en weer bewogen voor God, om door Hem aanvaard te worden. Deze beweegbroden vertegenwoordigen deze toekomstige groep van de 144.000, die samen met Christus terugkeren in het Koninkrijk van God. Zij zullen in Gods Familie zijn, zij zijn de eerstelingen van Gods schepping van Elohim.

Inderdaad, deze Waarheid betreft een openbaring door God gegeven over de feitelijke timing van de terugkeer van Jozua de Christus om het Koninkrijk van God op te richten, dat over alle naties zal regeren. De Kerk van God heeft lang geloofd dat Jozua als Koning der koningen, zou terugkeren o het Trompettenfeest. Dat is niet waar. Het Trompettenfeest draait om de Trompetten, die de komst van Christus aankondigen: hij is de Koning der koningen over alle naties geworden.

Pinksteren gaat over de eerstelingen van Gods schepping van Elohim. Deze 144.000 eerstelingen van God zijn door God geroepen in de voorbije 6.000 jaar. Zij zijn door Hem gevormd en voorbereid om vanaf Christus’ komst in Zijn Regering te zetelen. Jozua de Christus wordt de eerste der eerstelingen genoemd. Het Garfoffer, dat voor God heen en weer werd bewogen om door Hem aanvaard te worden, is symbolisch voor Jozua de Christus. Dit heen en weer bewegen gebeurde altijd op een zondag tijdens het Feest van Ongezuurde Broden. Vanaf dat moment moesten men 50 dagen tellen om te weten wanneer de jaarlijkse Feestdag Pinksteren gevierd moest worden.

Op Pinksteren wordt de eerste der eerstelingen, Jozua, verenigd met de rest van de eerstelingen van God, de 144.000, om in Gods Koninkrijk over deze aarde te beginnen regeren. Het Garfoffer en de beweegbroden zijn met elkaar verbonden qua timing en doel.

God reserveerde deze openbaring voor deze eindtijd, om dit te openbaren ten tijde van het begin van Zijn laatste getuigenis. Deze laatste getuigenis begon op het Trompettenfeest van 2008. De reikwijdte en volledige betekenis van deze getuigenis is nog niet volledig onthuld. Wat ons gegeven is, is dat het zal doorgaan tot het moment waarop de vernietiging door de eerste vier Trompetten over deze aarde wordt uitgestort. Gods laatste getuigenis gaat over Zijn Kerk, de wereld en het slechte rijk, dat onder leiding van Satan staat. Deze laatste getuigenis gaat over het vaststellen van een volledig en definitief oordeel over deze groepen.

50 (29)    God heeft de identiteit van ‘de Elia die komen zal’ geopenbaard. Al deel van deze openbaring heeft God duidelijk gemaakt dat zowel Johannes de Doper en Herbert W. Armstrong een ‘type’ waren van ‘de Elia die komen zal.’ Er is nog een derde ‘type’ van ‘de Elia die komen zal’ en deze wordt vervuld door Gods laatste apostel in Zijn eindtijd Kerk. Dit derde en laatste ‘type’ van ‘de Elia die komen zal’ is bijna voltooid. In de afgelopen 2.000 jaar zijn er drie mensen geweest die een deel van ‘de Elia die komen zal’ vervuld hebben, maar Jozua de Christus zal deze rol in zijn volledigheid vervullen.

51 (30)    God herstelt de kennis omtrent de rechtmatige plaats van de vrouw in het gezin.Dit is het begin van het verwijderen van de vloek die de vrouw vanaf het begin werd opgelegd, en die het gevolg was van zonde.

52 (31)    De aanstelling (ordinatie) van vrouwen in de Kerk. Met de openbaring van de 51ste Waarheid onthult God de rechtmatige rol van de vrouw. Met deze 52ste Waarheid laat God zien dat Hij werkt en gewerkt heeft met en door vrouwen, om de voorbereidingen te treffen voor de wederkomst van Jozua de Christus en het vervullen van het breken van alle banden die de mensheid ketenen.

53 (32)    Er komt een eind aan Satans bestaan. Zijn straf is de eeuwige dood, nooit zal hem nog leven gegeven worden, eens God een einde maakt aan zijn geestelijk leven.

Sommige mensen hebben geloofd dat omdat engelen samengesteld zijn uit geest, zij niet kunnen ophouden met bestaan, en daarom dus eeuwig bestaande wezens zijn. Zij zijn geschapen wezens. Er kan ook een eind aan hun bestaan gemaakt worden, door Diegene die hen geschapen heeft.

De enige engel die formeel door God, aan de hand van de Bijbel, geoordeeld is, is de engel die in het begin Lucifer genoemd werd, maar nu de naam Satan, de Duivel, draagt. God heeft duidelijk geopenbaard dat er een eind aan zijn bestaan komt zodra hij Gods doel heeft vervuld. Hem werd toegestaan te blijven bestaan tot het einde van de mensheid.

54 (33)    Engelen zijn geschapen en gemaakt uit geest en hebben leven gekregen van God (geestelijk leven) Zij hebben echter geen onsterfelijk leven. Zij worden door God onderhouden en in leven gehouden en alleen God zelf is onsterfelijk. Men moet ook begrijpen dat bij hun schepping de engelen een geestelijk leven kregen en dat hen nooit de heilige geest gegeven is, noch konden zij hier toegang tot hebben.

Sommige mensen hebben geloofd dat omdat engelen samengesteld zijn uit geest, zij niet kunnen ophouden met bestaan, en daarom dus eeuwig bestaande wezens zijn. Engelen kunnen ophouden met bestaan. De enige engel, die formeel geoordeeld is door God, in de gehele Bijbel, is degene die in het begin werd geschapen als Lucifer, maar die nu de naam Satan, de Duivel draagt.

55 (34)    God heeft zowel goed als kwaad geschapen. Maar om te begrijpen ‘hoe’ moet men begrijpen waarom God mensen en engelen geschapen heeft, met een vrije wil, geheel onafhankelijk van Hem

Gods manier van leven is de enige ware manier van leven, dat de enige ware vrede voortbrengt in relaties. Door deze manier (de weg van vrede) te onthullen (laten zien, onderwijzen) werd automatisch het kwade geschapen. Dit gebeurde ‘in’ diegenen die geschapen werden en ervoor kozen op een andere manier te leven, dan de weg van vrede, die door God geopenbaard werd. Als een wezen in Gods schepping niet voor de weg van vrede kiest, die Hij laat zien (geeft) dan is ‘het kwade’ geschapen.

56 (35)    Door de macht van de heilige geest woont de Almachtige God voor eeuwig IN Zijn Familie en zij zullen altijd IN Hem wonen.

Dit zal worden bereikt door de kracht van de heilige geest die van God uitgaat en nooit zal ophouden in het leven van allen die in de Godfamilie zijn. Dit zal een eeuwigdurend en continu proces zijn, in het eeuwige leven.

Eenmaal verwekt door Gods heilige geest, kan de stroom van de heilige geest onderdrukt en volledig verwijderd (afgesneden) worden uit het leven van iemand die verwekt is met deze geest.

God woont (blijft, leeft) IN het leven van iemand die door met de geest verwekt is (iemand die de heilige geest heeft) en deze persoon woont IN Hem. Door de heilige geest begint het leven (de natuur, de waarheid, het Woord, de manier van leven) van God te wonen in het leven (in de geest-essentie die aan de menselijke geest wordt gegeven) van iemand die verwekt is. Hierdoor kan de manier waarop iemand denkt en leeft, het egoïsme en de trots veranderen naar uitgaande zorg en liefde voor anderen. Deze kracht wordt echter onderdrukt en soms afgesneden door zonden. God kan, zal niet in zonden wonen. Zodra iemand na de opstanding uit de dood (of opstanding uit fysiek leven) geestelijk leven is gegeven zal dit proces (God die verblijft in het leven van een ‘fysiek’ geboren persoon, niet langer verwekt en deze persoon in Hem) nooit ophouden of onderbroken worden. Dit zal eeuwig en ononderbroken zijn in het eeuwig leven.

Elk lid dat in Gods Familie geboren is, heeft onafhankelijk, zelfstandig redeneren en denken. Maar elk lid is perfect verenigd in het doel, de wil en één maner van leven door de kracht van de heilige geest. Deze heilige geest zal voor altijd in hen blijven. Dit gaat voortdurend uit van God, Hij is de bron. God ‘woont’ voor altijd in elk lid waardoor de Familie van God perfect volmaakt één is.

57 (36)    De naam van de Messias, de Christus, waarvan God heeft gezegd dat deze gebruikt moet worden is Jozua, niet Jezus. De naam Jezus, Iésous in het Latijn, is na 325 na Christus aangenomen door de katholieke kerk en vervolgens veel later ook door de protestantse kerken, die honderden jaren later ontstonden, aanvaard.

God had instructie gegeven over de naam van Zijn Zoon. Zodra deze uit Maria geboren werd, zou hij Jozua genoemd worden. Dit is dezelfde naam als de Jozua uit het Oude Testament, die het volk Israël naar het beloofde land geleid heeft. De naam Jozua betekent ‘redding van de Eeuwige, Jahweh.’ De eerste keer kwam de Messias als het Paschalam, inderdaad ‘De redding van de Eeuwige’ werd aangeboden aan de mensheid.

Aan het eind van de 4de eeuw nam de katholieke kerk ‘de Vulgaat’ een Latijnse vertaling van de Bijbel aan. In het Oude Testament werd de naam van Jozua vertaald als Iosue. Dit komt qua klank eigenlijk dichter in de buurt van de Hebreeuwse naam voor Jozua (Yehoshua) In de Latijnse Vulgaat van het Nieuwe Testament wordt echter een ander woord gebruikt: Jesu en Jezus. Dit is ook gebeurd met de naam van Jozua in Hebreeën 4: 8, waar deze naam vertaald wordt als Jezus. Toen de apostel Paulus over Jozua, die het volk Israël naar het beloofde land leidde, schreef, heeft hij de correcte naam voor Jozua gebruikt. Dan moet de vraag gesteld worden waarom de Vulgaat niet hetzelfde Latijnse woord Iosue gebruikt in de vertaling van het Oude Testament.

Zowel de Griekse als Latijnse vertaling van de naam Jozua in het Nieuwe Testament zijn gewijzigd terwijl er een duidelijke transliteratie had kunnen zijn, net zoals in de vertaling van het Oude Testament. Vooral in de Latijnse Vulgaat heeft de katholieke kerk een duidelijke verandering aangebracht tussen de naam Jozua in het Oude Testament en de naam die Christus in het Nieuwe Testament moet hebben.

In beide talen had de naam vertaald kunnen worden, die dezelfde betekenis had als de naam Jozua in de Hebreeuwse taal. Maar dat deed men niet. Toch is de naam Messias in het Oude Testament in het Nieuwe Testament correct vertaald als Christus (Christos) Beiden hebben dezelfde betekenis: de Gezalfde.’

De naam die de katholieke kerk aan Christus gegeven heeft, is geen correcte vertaling, alhoewel dat wel gedaan is met de naam Messias en Christus. De naam Jezus heeft niet dezelfde betekenis als de naam Jozua, maar dat zou wel gekund hebben. Het is niet eens een correcte transliteratie.

De Bijbelboeken Mattheus, Marcus, Lucas en Johannes zijn in de Aramese (een Semitische) taal geschreven, dat tot dezelfde taalfamilie als het Hebreeuws behoort. Tegenwoordig ontkennen de meeste religieuze geleerden dit en beweren dat de apostelen alleen in de Griekse taal schreven. Paulus schreef inderdaad in het Grieks aan de heidenen, maar de discipelen van Christus spraken en kenden de Aramese taal. Veel Joden uit die tijd, in andere regio’s van het Romeinse Rijk, spraken en schreven Grieks. Maar ten tijde van Christus spraken de Joden in dat gebied Aramees.

De Nederlandse naam ‘Jezus’ is pas in de laten jaren 1600 ontstaan. Het is een transliteratie van de Latijnse en Griekse naam Iesous. Zoals echter al gezegd is Iesous geen goede transliteratie. Als Gods instructie was opgevolgd, zou de naam als Jozua vertaald zijn geweest. Dezelfde naam als Jozua, die na de dood van Mozes het volk Israël naar het beloofde land leidde.

Hier lezen we de instructie van God, hier is de naam correct vertaald uit het Aramees.

Mattheus 1: 18 – 25. De geboorte van Jozua de Christus geschiedde aldus: Terwijl zijn moeder Maria ondertrouwd was met Jozef, voor zij samengekomen waren, zwanger te zijn uit de heilige geest. Daar nu Jozef, haar man, die een rechtvaardig man was, en haar niet openlijk te schande wilde maken, was van zo attent om haar van de buitenwereld af te schermen. Terwijl hij nadacht over deze dingen, zie, een engel des Heren verscheen hem in een droom en zei: Jozef, zoon van David, wees niet bevreesd Maria, uw vrouw, tot u te nemen, want wat in haar verwekt is, is uit de heilige geest. Zij zal een zoon baren en gij zult hem de naam Jozua geven, want hij is het, die zijn volk zal redden van hun zonden. Dit alles is geschied, opdat het vervuld zou worden hetgeen de Here door de profeet gesproken heeft, toen hij zei: Zie, de maagd zal zwanger worden en een zoon baren, en men zal hem de naam Immanuel geven. (Jesaja 7: 14), hetgeen betekent ‘God met ons.’ Toen Jozef uit zijn slaap ontwaakt was, deed hij, zoals de engel des Heren hem bevolen had en hij nam zijn vrouw tot zich. En hij bekende haar niet, totdat zij haar eerstgeboren zoon gebaard had. En hij gaf hem de naam Jozua.

Inderdaad, na bijna 2.00 jaar staat God op het punt om Zijn Zoon als de Messias, de Christus te sturen om eerst de mensheid van zelfvernietiging te redden en om vervolgens het Koninkrijk van God, dat over alle naties zal heersen, te vestigen. De laatste grote fout die in Gods Kerk rechtgezet wordt, zodat zij volledig gereed is voor Christus’ komst, is zijn naam. De naam ‘Jezus’ Christus staat voor alles dat verkeerd is en wordt onderwezen door een kerk die zich na 325 in Christus ‘christelijk’ noemde. De naam ‘Jezus’ vertegenwoordigt de leer van die kerk, in doctrines zoals de drie=eenheid, pasen, zondagsviering, kerstmis en zoveel meer dat fout en in strijd met Gods woord is.

Jozua de Christus, de ware Messias, zal na bijna 2.000 jaar op de Olijfberg staan. Hij is door God gezonden om de mensheid te redden, te verlossen.



arrow to scroll to top